Een apostrof wordt gebruikt:

1. Als weglatingstekens bijvoorbeeld ’s morgens.

2. Om uitspraakproblemen te voorkomen, als je een –s schrijft achter woorden op een –a, -i,

     -o, -u, -y  bijvoorbeeld      accu’s.

3. In afleidingen van letterwoorden bijvoorbeeld  dvd’tje.

4. In meervouden van initiaalwoorden bijvoorbeeld tv’s.

5. in verkleinwoorden op –y bijvoorbeeld baby’tje.

 

inzichtsvraag:

Haal de fout uit het volgende woord: cafees